De klimroute Nepal 2012
‘Ik klim via de zuidroute. Het gevaarlijkste van deze route is de Khumbu Icefall. De Icefall bestaat uit tientallen meters hoge torens van ijs en begint kort na het basiskamp. De ijstorens in de Khumbu Icefall vallen vroeg of laat een keer om. Je weet nooit wanneer. Dit maakt het klimmen een soort Russische roulette. De gletsjer stroomt dag en nacht door, waardoor de torens steeds instabieler worden en uiteindelijk zullen instorten. Om de vele spleten in de Khumbu Icefall te kunnen beklimmen zijn ladders nodig. Soms worden er zelfs drie of vier aan elkaar gebonden en horizontaal over de spleet gelegd. Ondertussen kijk je in een tientallen meters diepe gletsjerspleet waarvan de bodem niet te zien is. Snelheid is het enige wapen; zo kort mogelijk risico lopen. Van het basiskamp naar kamp 1 is zo’n vijf uur klimmen.
Kamp 1 Western CWM
Nadat de Khumbu Icefall beklommen is, kom je in de western CWM (spreek uit coem). Ook wel het ‘Dal der stilte’ genoemd. De western CWM is een keteldal; aan drie kanten omgeven door hoge bergwanden van de Everest, Nuptse en Lhotse. Het terrein is hier vlak. Kamp 1 ligt op 5900 meter. Na de Khumbu Icefall is het nog slechts een half uurtje. Kamp 2 ligt op 6400 meter in de CWM. Het terrein gaat hier glooiend omhoog. Er zijn nog vele horizontale gletsjerspleten die overgestoken moeten worden. Vreemd genoeg is de hitte vaak het grootste probleem van dit traject. Doordat het dal ligt ingesloten tussen drie wanden, werkt de zon als een oven. De hitte kan nauwelijks weg. Sommige klimmers zijn zelfs aan de binnenkant van hun mond verbrand door de intense zonnestraling. Veel klimmers vertrekken daarom vroeg in de ochtend naar kamp 2, om zo de grootste hitte voor te zijn. Zodra de zon weer weg is daalt de temperatuur sterk van zo’n 30 graden boven nul tot tientallen graden onder nul.
Kamp 2
Kamp 2 is op de noordkant van de morene gelegen. Kamp 2 wordt ook wel het ABC (Advanced Base Camp) genoemd. Van kamp 1 naar kamp 2 is het zo’n drie uur klimmen.
Kamp 3
Kamp 3 ligt op 7200 meter. Kamp 3 ligt aan het einde van de western CWM en in de Lhotsewand. Het eerste deel van de klim is relatief vlak. Het tweede gaat steil omhoog. De Lhotse is het kleine broertje van de Everest en met 8516 meter de drie na hoogste berg van de wereld. De wand zelf is 1700 meter hoog; vanaf het dal tot de top van de berg. Na de relatieve vlakte van het keteldal begint nu het klimmen weer. De wand wordt meestal van boven tot onder met vaste touwen afgezekerd. Kamp 3 ligt op een vlakke plaats van 10 graden in de Lhotsewand. Vanaf kamp 2 is het zo’n vier uur klimmen.
Kamp 4
Van kamp 3 naar kamp 4 is het een klim van 600 meter. Kamp 4 ligt op 7900 meter en is het kamp van waaruit je een toppoging doet. Om in kamp 4 te komen moet de rest van de steile Lhotsewand beklommen worden. Midden in de Lhotsewand ligt de ‘Yellow Band’ ; een band van gesteente die door de gehele Himalaya loopt. Om de band zelf te beklimmen moet eerst een aantal meter rots beklommen worden. Voorbij de ‘Yellow Band’ komt er nog een rotsformatie; de zogenaamde ‘Geneefse Pijler’. Nadat deze beklommen is ligt de weg open naar kamp 4 op de zuidcol. De zuidcol verbindt de Everest met de Lhotse. Het is een grote vlakte. Misschien wel enkele voetbalvelden groot. Het waait er altijd. Door de vele expedities die hun troep hier hebben achtergelaten wordt het ook wel de hoogste vuilnisbelt ter wereld genoemd.
De Top!
De toppiramide van de Everest zelf steekt nog zo’n 1000 meter boven de zuidcol uit. In kamp 4 kom je in de middag aan. De klim naar de top begint vaak om middernacht al. Tot die tijd is het uitrusten en vooral zorgen dat je genoeg vocht binnenkrijgt. Eten lukt vaak niet meer. De eetlust is totaal weg; het lichaam rantsoeneert de beperkt beschikbare zuurstof en besteedt dit niet aan iets nutteloos als de spijsvertering. Vanuit kamp 4 moet eerst de zuidcol overgestoken worden naar het begin van de toppiramide van de Everest. Het terrein is hier vlak. Dan begint het klimmen weer met stukken tot 50 graden steil, door zowel rots als ijs. Eenmaal op de topgraat aangekomen volgt een vlakke plek, die ‘Het Balkon’ wordt genoemd. Vanaf nu loopt de route naar de top direct over de zuidoostgraat naar de top. Tot de zuidtop is het terrein matig steil met 35 graden. Het laatste stuk naar de top is steiler en rotsachtiger. Vanaf de zuidtop moet eerst een stukje gedaald worden en vervolgens nog zo’n 100 meter geklommen. De topgraat is hier smal en ongeveer 100 meter lang. Vlak voor de top zit er nog een inkeping in de topgraat die wordt gevolgd door een steile passage van een meter of 10, de ‘Hillarystep’. Die is vernoemd naar de eerste man die deze passage ooit beklom in 1953; Sir Edmund Hilary. In de Alpen zou de passage niet veel voorstellen. Op bijna 9 kilometer boven zeeniveau is het een grote krachtsinspanning. Het uitzicht in de wanden van de Everest is misselijkmakend. Vaak vormt de step ook een flessenhals. Er ontstaat een file van klimmers onderweg naar de top en klimmers die alweer op de terugweg zijn. Vaak loopt er maar één vast touw over de step. Nadat de Hillarystep beklommen is, kan de top niet meer gemist worden. Eerst volgen er nog een paar valse toppen. De echte top is vaak gemarkeerd met gebedsvlaggen. Je hebt een uitzicht van 360 graden en met goed weer kun je zelfs de kromming van de aarde zien. Nu de terugweg nog! Tweederde van de ongelukken gebeurt op de terugweg. De concentratie verslapt en de vermoeidheid laat zich voelen. Sommige klimmers zijn gaan zitten om even uit te rusten om vervolgens nooit meer op te staan. De beklimming is pas geslaagd op het moment dat je weer veilig in basiskamp terugbent.
Recente reacties