Vlak voor vertrek schreef Eric een blog. Met zijn website beheerder sprak hij af dat de blog geplaatst zou worden zodra Eric de top van de Mount Everest zou halen. Helaas keerde Eric niet meer terug en werd de blog niet geplaatst. Tijdens de uitvaart ceremonie van Eric las zijn vriendin Jorieke de blog voor. De blog geeft troost en de nabestaanden kozen ervoor de blog alsnog te plaatsen. Eric heeft de top tenslotte gehaald!

Ik vertrek!

In retroperspectief; Deze blog schreef ik medio maart 2016, kort voor vertrek naar de Mount Everest. Ik kies er voor om hem pas na afloop van de expeditie te publiceren.

“Expeditions tend to disrupt your personal life, your financial life and your health. The more you go on expeditions, the more chance there is of repeating all those things.”    — Jack Tackle

Jorieke zit tegen mij aan gekroeld op de bank. Het is 22.30 en eigenlijk tijd om naar bed te gaan. Samen nemen we de opties nog één keer door. Wat is nou echt het allerergste dat kan gebeuren? Het antwoord is eigenlijk verrassend simpel. Ongelukkig worden. Slechter kan niet. Jorieke heeft het laatste zetje gegeven. Ik neem mijn besluit. Onomstotelijk.
Een van de dingen die ik mooi vind van in de bergen is het feit dat ik mij daar nietig voel. Het maakt mij duidelijk wat écht belangrijk is in het leven. Dingen vallen als vanzelf op hun plek. Zeker het verloop van mijn expedities doet mij beseffen hoe dichtbij sterfelijkheid kan zijn. Dichtbij genoeg om te beseffen dat er weinig tijd te verliezen.
Niet lang geleden viel mijn oog op een artikel waarin stond wat mensen zeggen als ze op hun sterfbed liggen. Een van de punten blijft nazoemen in mijn hoofd “ik zou willen dat ik trouw was gebleven aan mijzelf, in plaats van te leven naar de verwachting van anderen”. Hmm.
Theo Maassen zei ooit treffend, als apenkooien het leukste is wat er bestaat, waarom doen we dat dan nooit meer? Ik vind bergen het mooiste wat er maar bestaat. Alles vind ik er; sportieve uitdaging, diepe emoties, fantastische natuur, antwoorden op al mijn vragen. Wat dichter naar de rand wordt het leven intenser, sprankelender en kleurrijker. Maar daarmee wordt de rest van de wereld automatisch een grijstint. Ben ik verslaafd?
Al langer merk ik in mijn dagelijkse werk bij de gemeente dat mijn concentratie matig is. Een memo, een integrale aanpak of de verbinding leggen, het lukt mij niet meer. Ik zie er meer tegenop dan uitgedroogd beginnen aan de 22 uur durende topbeklimming van de Mount Everest. Het lukt niet meer. Geluk vind je denk ik alleen als je iets met plezier doet. Als het ook maar iets met bergen te maken heeft moet ik mijzelf om 00.30 uur dwingen om mijn laptop af te sluiten en naar bed te gaan. Doe iets met plezier en de bron van energie is onuitputtelijk. Vind iets wat bij je past. In de bergsport is mijn koppige en vasthoudende karakter geen valkuil maar juist een kwaliteit geworden.
Wat ongemakkelijk schuif ik heen en weer op de bank. Ondertussen geeft de kat steeds harder kopjes tegen mijn scheenbeen om aan te geven dat het nu toch echt tijd is om hem eten te geven.
Ik sta schaakmat. Waar het precies begonnen is weet ik niet. Door te starten met (expeditie) klimmen ben ik ergens een ander pad ingeslagen. Geen pad dat vaak bewandeld is. Ik wist dat het pad langer is en meer bochten, kuilen en gaten heeft. Ongemerkt is het overgegaan in een één richting pad. Ik kan niet meer terug. Ik wil niet meer terug. Het is mijn pad.
De ochtend na de bewuste avond loop ik het kantoor binnen. Met pretoogjes en een brede glimlach vraag ik mijn leidinggevende of ze even tijd heeft. Ik neem ontslag.

Avonturen beleven, bergen beklimmen, polen bereizen en daarover vertellen is wat voor mij ligt. Gelukkig blijven het doel wat hoger is dan welke berg ook.

 

Bewaren